De brandweerhervorming: van gemeentelijke brandweer naar hulpverleningszones

De brandweer voor de hervorming

De meest bekende taak van de brandweerdiensten is natuurlijk de bestrijding van brand. Daarnaast, iets minder gekend, is dat in de meeste hulpverleningszones, de brandweer ook de ziekenwagens van de dringende geneeskundige dienst bemant. Een brandweerkazerne op het grondgebied betekent dus niet enkel het beperken van de gevolgen van brand, maar ook het garanderen van zeer snelle tussenkomt bij medische urgentiegevallen.

Voor 1 januari 2015 hadden veel gemeentes en steden een eigen brandweerkazerne. Voor Vlaanderen waren dit ongeveer 250 brandweerkazernes. De organisatie werd autonoom geregeld, onder gezag en verantwoordelijkheid van de burgemeester met, heel vaak, eigen inwoners als brandweermensen.

Afhankelijk van de wens van de betrokken stad of gemeente, organiseerde de brandweerpost zich met beroepskrachten, vrijwillige brandweermensen of werd er een gemengd korps samengesteld. De band en de betrokkenheid van de burgemeesters bij de brandweer was in deze structuur zeer groot.

De burgemeester en het gemeentebestuur bepaalden rechtstreeks de inspraak in de bescherming van de eigen inwoners en de dienstverlening die geboden werd. De organisatie van de hulpverlening werd dan ook volledig bepaald in functie van het eigen grondgebied.

Gemeenten of steden zonder eigen brandweerdienst deden beroep op de omliggende brandweerposten.

De gasramp van Gellingen: de brandweer moet anders

Op 30 juli 2004 vond de gasexplosie te Gellingen plaats. Nadat er een gaslek was geconstateerd, kostte een zware ontploffing, die gepaard ging met een geweldige steekvlam, het leven aan 24 mensen en raakten 112 personen gewond. Onder de dodelijke slachtoffers bevonden zich 5 brandweermensen.

Deze ramp, met veel slachtoffers onder de brandweermensen, drukte de brandweer met de neus op de feiten: de zelfstandige organisatie van de brandweer stootte hier op haar beperkingen. De werking van de brandweer, die tot dan toe door de gemeentes werd georganiseerd, was aan herziening toe.

De commissie Paulus: keerpunt voor de organisatie van de brandweer

Op 7 september 2004 installeerde minister van Binnenlandse Zaken Patrick Dewael de Begeleidingscommissie voor de hervorming van de Civiele Veiligheid, de zogenaamde Commissie Paulus.

De door de commissie vooropgestelde basisprincipes waren:

  • De burger heeft recht op de Snelste Adequate Hulp (SAH);
  • Elke burger heeft recht op eenzelfde basisbescherming tegen een gelijkwaardige bijdrageplicht;
  • Schaalvergroting is noodzakelijk.

In haar eindrapport werden deze drie kernelementen verder verduidelijkt:

  • Snelste adequate hulp betekent dat er bij het uitsturen van brandweer of ambulance geen rekening meer wordt gehouden met bestuurlijke grenzen. Het korps dat het snelst ter plekke kan zijn met het juiste materiaal, wordt uitgestuurd. Deze eerste uitruk kan eventueel aangevuld worden met het korps dat op papier verantwoordelijk is voor de locatie van de interventie.
  • Een zelfde basisbescherming betekent dat voor eenzelfde type van interventie overal een gelijkwaardige kostprijs moet gelden. Uiteraard zal de diversiteit van het Belgische grondgebied het nooit mogelijk maken een volledig identieke kostprijs te realiseren. De bijdrageplicht moet bepaald worden op basis van nieuwe heldere criteria, zoals het landelijk of stedelijk karakter van de zone, het aantal inwoners en de inhoud van de veiligheidsplannen. Ook dient rekening te worden gehouden met het feit dat bepaalde risico's niet door één zone alleen kunnen worden gedragen, zoals de aanwezigheid van een haven, een luchthaven of een kerncentrale.
  • De schaalvergroting moet ertoe leiden dat grote catastrofes afdoende worden voorkomen en aangepakt, de beschikbare middelen efficiënter worden beheerd en een betere service wordt geboden. Volgens de commissie waren er, door de te kleine schaal, in vele brandweerdiensten onvoldoende capaciteit aanwezig en werd kennis en ervaring gemist op het gebied van brandweer, crisis- en rampenbeheersing. De korpsen die hoofdzakelijk bestonden uit vrijwilligers, waren, volgens het rapport, vooral gericht op de reguliere interventietaken. Voor pro-actie en preventie en voor de voorbereiding op rampenbestrijding waren zij niet of onvoldoende georganiseerd.

Het eindrapport van de Commissie Paulus legde de basis voor de creatie van de Wet betreffende de civiele veiligheid van 2007. Het duurde echter tot begin 2014 voor de federale regering besliste om deze wet uit te voeren en dus over te gaan tot de creatie van de hulpverleningszones.