161006lommel11 kennisnetwerk.jpg
Provider image

Om naar een circulaire economie te gaan legt de OVAM restafvaldoelstellingen op aan alle Vlaamse gemeenten, ingedeeld in en afhankelijk van de Belfius-clusters. Hechtel-Eksel, Putte en Zoutleeuw behoren alle drie tot de cluster woongemeentes met vergrijzende bevolking en behalen uitstekende resultaten ondanks hun grote verschillen in afvalbeleid. Toch plukken deze drie gemeenten vooral nu de vruchten van de volgehouden inspanningen. Bovendien betrekken de besturen de burgers actief bij het afvalbeleid.

E en noodzakelijke stap naar een circulaire economie is voorkomen dat er iets verloren gaat. In een circulaire economie worden alle grondstoffen opnieuw in de kringloop gebracht. Op dit moment wordt alle restafval nog verbrand met energierecuperatie, wat het tot verloren grondstoffen maakt in zo’n circulaire economie. Om het huishoudelijk restafval te doen dalen krijgen de gemeenten daarom een maximumhoeveelheid restafval per inwoner per jaar opgelegd door de Vlaamse overheid, de OVAM. Gemeenten hebben immers de regie voor het huishoudelijk afval: zij zijn verantwoordelijk voor de organisatie en uitvoering van de verwerking. Deze doelstelling varieert naargelang van de cluster waarin de gemeente is ingedeeld. Er zijn zestien Belfiusclusters. Hechtel-Eksel, Putte en Zoutleeuw en hun afvalintercommunales zitten in die met de scherpste doelstelling (113 kg restafval/inwoner/jaar). Toch slagen ze erin het nog beter te doen.

 

Vast bedrag

Hechtel-Eksel ligt in een noordelijke uithoek van Limburg. Het is een van de groenste gemeentes in Vlaanderen. Het is een echte woongemeente: er wonen meer mensen in Hechtel-Eksel dan er werken, onder meer ook in meergezinswoningen. In het verleden haalde de gemeente al goede resultaten en daar wordt volgens burgemeester Jan Dalemans op voortgebouwd. ‘Tot 2019 had Hechtel-Eksel een gemeentelijk recyclagepark dat goede cijfers voorlegde. Dan nam Limburg.net het beheer ervan over. Naast een goedwerkend recyclagepark is ook de huis-aan-huisinzameling belangrijk voor de restafvalcijfers. In HechtelEksel worden huisvuil en ook groenafval in zakken aan huis opgehaald.’

De gemeente koos eerder ook al voor preventie met kippenacties, het stimuleren van thuiscomposteren en een groep actieve compostmeesters. Voor Ilse Luypaerts, manager communicatie van Limburg.net, is deze sterke nadruk op preventie gebleven. Volgens Kris Somers, directeur van Limburg.net, kan elk afvalsysteem goede resultaten behalen op voorwaarde dat het gekoppeld is aan een goede prijszetting en goede dienstverlening aan de burgers. Toch noemt hij het systeem van Limburg.net zo goed als uniek: ‘Elk gezin betaalt via de directe inning van Limburg.net een vast bedrag volgens de gezinssamenstelling. Hierin is een minimale hoeveelheid afval, waaronder restafval, inbegrepen.

Wie goed sorteert, komt toe met deze hoeveelheid en hoeft dus niets meer bij te betalen. Heb je meer afval of sorteer je niet goed, dan moet je extra betalen voor huisvuilzakken. Dit systeem heeft een bijkomend voordeel: wie de huishoudelijke afvalinzameling omzeilt door te sluikstoken, sluikstorten of via een kmo-container, betaalt toch mee aan de reguliere afvalinzameling.’

 

Meerdere sporen

Het hoogste punt van de provincie Antwerpen is Beerzel-Berg in Putte. Niet te verwonderen dat je er veel wandelaars en fietsers ziet. Putte heeft een vergrijzende bevolking. Op repaircafés, groene meters en peters of de aankoop van compostvaten komen toch mensen van alle leeftijden af. ‘Gelijktijdig op een aantal sporen werken’ is volgens Marijke Herinckx, verantwoordelijke communicatie en informatie van Ivarem, de verklaring van dit succes. ‘Je volgt het wetgevende kader, geeft een financiële prikkel door het instellen van gewichtsdiftar (gedifferentieerd tarief volgens gewicht) op restafval, je werkt op preventie en sensibilisering en je geeft je burgers de kans om selectieve stromen zo eenvoudig mogelijk aan te bieden.’

Zo haalt Ivarem restplastics aan huis op in een roze zak en organiseert de intercommunale mobiele recyclageparken in wijken waar veel inwoners geen auto hebben om naar het recyclagepark te gaan. Jeroen De Cuyper, schepen van Leefmilieu van Putte, ziet een wisselwerking tussen de intercommunale en de gemeente. ‘De gemeente legt ook eigen accenten, zowel in communicatie als in specifieke acties. We halen al acht jaar heel mooie cijfers en voeren dan ook geen drastische wijzigingen door. We sturen eerder bij. Zo haalden we in Putte, al voor Ivarem startte met de inzameling van de roze zak, de restplastics op.

We zetten in op compostering, al onze scholen nemen deel aan de scholenactie van Ivarem, we hebben kippenacties en repaircafés. Als er een grofvuilophaling op afroep is, probeert de milieudienst de recycleerbare fracties eerst naar de kringwinkel door te sturen.’ Nog meer dan vroeger zullen mensen in de toekomst op evenementen in Putte uit herbruikbare bekers drinken, van de gemeentelijke uitleendienst. Ivarem start een nieuwe scholenwerking en er komt een nieuwe vaste afvalbelasting voor de burgers. Putte kan dus nog altijd stappen vooruit zetten.

 

Diftar op het recyclagepark

Zoutleeuw is een kleine stad in het oosten van Vlaams-Brabant, aangesloten bij de afvalintercommunale EcoWerf, een regio met 435.000 inwoners. ‘Net zoals de andere 26 gemeenten van EcoWerf scoort Zoutleeuw op het vlak van huisvuil heel goed,’ zegt Jos Artois, diensthoofd communicatie EcoWerf. Met 92 kg restafval per persoon in 2018 en zelfs maar 91 kg in 2019, mogen de inwoners van Ecowerf zich sorteerkampioen van Vlaanderen noemen. In deze regio werd zo’n 74% in 2018 en zelfs 75% in 2019 selectief ingezameld voor hergebruik, compostering of recyclage. Voor dit succes wijst Jos Artois ook op een combinatie van maatregelen. ‘Er is veel aandacht voor educatie, communicatie en sensibilisering. We combineren een goede prijszetting, een inzamelsysteem met diftar voor huisvuil en gft en goede dienstverlening die het nodige comfort levert aan de burgers. Het uitgangspunt van EcoWerf is altijd “de goede sorteerder wordt beloond”.’

Toch zamelt Zoutleeuw meer afval in via het recyclagepark dan gemiddeld in de regio. ‘Zoutleeuw heeft een oud woningenpark dat particulieren vaak in eigen beheer renoveren. Dit leidt tot een grotere aanvoer van bouwen sloopafval en sloophout op het recyclagepark,’ zegt Roger Mertens, schepen van Leefmilieu van Zoutleeuw en ondervoorzitter van EcoWerf. ‘Omdat we in een groene regio wonen, hebben de inwoners ook meer groenafval. EcoWerf opende pas een nieuw recyclagepark met gewichtsgebonden tarieven voor Zoutleeuw en de buurgemeente Linter. Dit leidt tot een objectieve en transparante berekening van de prijzen voor de burgers en een daling van de kosten voor de gemeente.’

Sommige burgers die veel afval leverden en dus meer moesten betalen, reageerden morrend. Toch noemt Roger Mertens de tevredenheid bij de burgers over de afvalinzameling in Zoutleeuw heel groot. ‘88% van de burgers is tevreden over de dienstverlening. Ze werken ook heel actief mee aan het systeem. De invoering van gewogen containers leidde in Zoutleeuw tot een aanvankelijke daling van 15% in het restafval en van zelfs 40% in de ingezamelde hoeveelheid gft. We stelden ook geen negatieve effecten van sluikstorten of sluikstoken vast door de overschakeling naar een gewichtsgebonden systeem.’ In de toekomst is nog meer thuiscomposteren de bedoeling. EcoWerf haalt ook al enkele jaren de restplastics in een roze zak huis aan huis op, wat een gemiddelde extra daling van 8 kg per inwoner per jaar gaf. EcoWerf voert ook stelselmatig het gebruik van papier- en kartoncontainers in, wat het comfort voor de burger en de ophaler moet verhogen. Zoutleeuw wacht hier nog even mee af. •

 

Eva Gijsegom is projectmedewerker lerende netwerken Interafval en Emilie Van de Looverbosch is projectmedewerker openbare netheid
Voor Lokaal zomer | 2020