Basisbereikbaarheid: steden en gemeenten klaar voor versnelling hoger

Op 1 juli 2023 werd Basisbereikbaarheid, de nieuwe openbaar vervoersvisie van de Vlaamse regering, voor de eerste keer zichtbaar op het terrein. De Vlaamse Vervoersmaatschappij De Lijn voerde de eerste fase van haar netsveranderingen door, zoals vastgelegd binnen de verschillende vervoerregioraden. Nu De Lijn de eerste wijzigen doorvoert, kunnen Vlaamse steden en gemeenten en de Vlaamse overheid volop aan de slag met de uitbouw en uitrol van Hoppinpunten en deelmobiliteit. Dit zijn cruciale schakels die in het nieuwe overstapmodel niet mogen ontbreken.
 

Uitrol vervoer op maat

Binnen de nieuwe vraaggestuurde OV-visie wil men de zogenaamde kernnetlijnen en de aanvullende lijnen in frequentie verhogen. Op die manier raken reizigers vlotter van kern naar kern of van Hoppinpunt (overstappunt) naar Hoppinpunt. Waar er minder vraag is, wordt het vervoer op maat uitgerold. Dit betreft enerzijds Flex-vervoer (voormalige belbus en toekomstige OV-taxi’s) en anderzijds Flex+-vervoer (doelgroepenvervoer dat tot op heden werd ingevuld door MAV/DAV). Beide vervoersmodi worden op dit moment aanbesteed door Vervoersmaatschappij De Lijn en worden in het straatbeeld verwacht begin 2024.

Wat betreft de deelsystemen (die ook binnen het Vervoer op Maat vallen) werd door de Vlaamse regering beslist de autonomie te delegeren naar de Vervoerregio’s. Zij kunnen, door het aanstellen van een penhoudende instantie, een deelsysteem in de markt zetten op niveau van de vervoerregio. De samenwerkingsovereenkomst, die zorgt voor de overdracht van middelen van de Vlaamse regering naar de penhouder, werd afgelopen vrijdag (30/06/2023) goedgekeurd in de schoot van de Vlaamse regering. VVSG werkte, samen met verschillende partners aan een leidraad die voor uniformiteit moet zorgen voor de aanbestedingsprocedures over de vervoerregio’s heen. 

Hoppinpunten

Nu de uitrol zichtbaar wordt op het terrein, kunnen het Agentschap Wegen en Verkeer  (AWV) en de lokale besturen ook een versnelling hoger schakelen in de uitrol van de Hoppinpunten. Op Hoppinpunten kan de OV-reiziger vlot de overstap maken van flex-vervoer naar busvervoer of, bijvoorbeeld, van busvervoer naar deelmobiliteit. De focus ligt hier dus op multimodaal openbaar vervoer. Belangrijk is dat de wegbeheerder de Hoppinpunten nu ook begint in te richten volgens de heersende normen in de ontwerpwijzer Hoppinpunten. In eerste instantie zal het, voor de robuustheid van het netwerk, noodzakelijk zijn dat reizigers vlot de overstap kunnen maken van de ene vervoersmodus naar de andere. In tweede instantie wordt er van de wegbeheerder verwacht dat ze de hoppinpunten ook inrichten volgens de eerdergenoemde ontwerpwijzer. Vlaanderen voorziet overigens ook subsidies voor de uitrol van Hoppinpunten.
 

Toegankelijkheid

Naast de performantie van het OV-systeem, is ook de integrale toegankelijkheid van groot belang. Zo wordt het merk “Hoppin” enkel toegekend als het overstappunt integraal toegankelijk is aangelegd. Opnieuw zijn AWV en de lokale besturen, als wegbeheerder, verantwoordelijk voor het toegankelijk inrichtingen van de Hoppinpunten en haltes. Om de lokale besturen te ondersteunen bij het toegankelijk aanleggen van haltes, voorziet de Vlaamse regering ook subsidies. Daarnaast kunnen lokale besturen ook beroep doen op Inter-Toegankelijk Vlaanderen voor het toegankelijk aanleggen van haltes en hoppinpunten.
 

Communicatie

Uiteraard brengt een ingrijpende verandering heel wat vragen van burgers met zich mee. Om lokale te besturen te ondersteunen werkte Departement Mobiliteit en Openbare Werken een communicatietoolbox uit. Voor vragen over het nieuwe OV-merk Hoppin verwijzen we graag door naar de website van Hoppin. Voor de communicatie over het nieuwe net kunnen lokale besturen terecht bij het vervoerregiomanagement van De Lijn.

 

VVSG waardeert evoluties uitrol Basisbereikbaarheid

Na jaren van theoretische planning binnen de vervoerregio, worden de beslissingen nu ook zichtbaar op het terrein. Steden en gemeenten zullen dan ook hun uiterste best doen om hun bijdrage te leveren aan het nieuwe OV-systeem en de beslissingen in het OV-plan en de regionale mobiliteitsplannen te honoreren. Uiteraard moet daarbij ook rekening gehouden worden met de lokale plannings-en begrotingslogica. Niettemin is VVSG ervan overtuigd dat de samenwerking tussen lokale besturen, de vlaamse administraties en vervoersmaatschappij De Lijn de uitrol van basisbereikbaarheid zal bevorderen.

Voor vragen, opmerkingen en bekommernissen kan je steeds terecht met de medewerkers van het Gemeentelijk Ondersteuningsplatform Vervoerregiowerking

Guido Vaganée – guido.vaganee@vvsg.be
Michiel Apers – michiel.apers@vvsg.be