Deze wet voorziet in de mogelijkheid om de in de werkloosheidsreglementering niet-vergoedbare dagen van kunstwerkers te definiëren als arbeidsdagen. Zo worden de niet-vergoedbare dagen voortaan in aanmerking genomen bij de berekening van het werknemerspensioen. Het heeft eveneens tot gevolg dat ze meetellen voor de opening van het recht op onder andere een vervroegd rustpensioen, gewaarborgd minimumpensioen en minimumrecht per loopbaanjaar.